Google Analytics uitleg voor beginners: hoe werkt Google Analytics?

Auteur: Ruben Bunskoeke
Laatste update: 18 juni 2021

Google Analytics is een van de populairste programma’s om inzicht te krijgen in jouw websitestatistieken.

Met Google Analytics kun je zien:

  • Hoe vaak jouw website bezocht wordt.
  • Welke pagina’s werden bekeken en hoe vaak.
  • Van welke websites je bezoekers krijgt.
  • Hoe lang bezoekers gemiddeld op een pagina blijven.
  • Op welke pagina’s men jouw website verlaten.
  • Uit welke landen jouw bezoekers komen.
  • Welk percentage jouw website bezoekt via een mobiel of tablet.

En met wat instellingen kun je:

De conversie en posities in Google bekijken

  • Als je doelen instelt, dan kun je ook zien welke pagina’s jou de meeste klanten, inschrijvers of contactmomenten opleveren.
  • En als je Google Analytics koppelt met de Search Console van Google, dan kun je zien op welke woorden je rankt, hoe hoog je rankt en wat de click through ratio (CTR) is.

Het zijn statistieken waarmee je jouw website kunt optimaliseren.

Beginnen met Google Analytics

Heb je nog geen Google Analytics? Start dan met deze handleiding: Google Analytics aanmeken en koppelen met jouw WordPress website.

Heb je al een Google Analytics account? Log dan eerst in bij Google Analytics. Dan kun je direct meekijken.

Hoe werkt Google Analytics?

De eerste pagina die je ziet wanneer je Google Analytics opent is de homepage.

De homepage van Google Analytics staat vol met grafieken en tabellen over het verkeer naar jouw website. Je kunt het best zien als een samenvatting van alle statistieken.

Je kunt op deze pagina vrij snel zien, hoeveel bezoekers je deze week had, hoeveel pagina’s werden bekeken (sessies), hoe lang men gemiddeld op een pagina blijft, welke pagina’s het meest werden bezocht en op welke apparaten men jouw website bezoekt.

En toch kijk ik zelf niet zo vaak naar deze statistieken.

Sterker nog, ik bekijk 95% van de beschikbare statistieken in Google Analytics niet op regelmatige basis.

En dat hoef jij ook niet te doen.

Aan de meeste statistieken heb je namelijk niet zo veel als ondernemer

Een paar voorbeelden.

Je kunt zien, via Doelgroep -> GEO, uit welke landen jouw bezoekers komen. En zelfs uit welke provincie. Maar de meeste webmasters hebben niet zo veel aan deze informatie.

Je kunt ook zien welk percentage jouw website bezoekt via mobiel of tablet, via Doelgroep -> Mobiel. Je kunt zelf zien welke versie iPhone ze gebruiken. Maar ook aan deze informatie heb je niet zoveel. Jouw website zou sowieso mobielvriendelijk moeten zijn.

Hetzelfde met de browser die ze gebruiken en welke schermresoluties populair zijn. Doelgroep -> Technologie -> Browser en besturingssysteem -> Schermresoluties.

Die data kan je helpen bij het bouwen en verbeteren van jouw website. Je kunt bijvoorbeeld opmaken dat het extra belangrijk is om de website te testen op specifieke browsers, resoluties of apparaten.

Maar dit zijn geen statistieken die je regelmatig in de gaten hoeft te houden. Welke statistieken je wel in de gaten moeten houden bespreken we zo.

De verschillende rapporten in Google Analytics

Laten we de menu-items van Google Analytics even kort nalopen.

  • Realtime: je kunt zien wat er op dit moment gebeurt op je website.
  • Doelgroep: Anonieme en algemene informatie over jouw bezoekers.
  • Acquisitie: Hoe komen jouw bezoekers op jouw website? Via welke websites?
  • Gedrag: Welke pagina’s worden er bezocht? Hoe vaak? Hoe lang?
  • Conversie: Als je doelen hebt ingesteld, dan kun je hier informatie vinden hoe vaak jouw doelen worden bereikt. En op welke pagina’s.

De belangrijkste statistieken in Google Analytics

De statistieken die ons het meest kunnen vertellen zijn de paginastatistieken, gevolgd door de acquisitiestatistieken.

Kortom:

  • Waar komen de bezoekers vandaan?
  • Welke pagina’s worden bezocht?

Over het interpeteren van statistieken

We moeten oppassen met het te snel trekken van conclusies uit statistieken.

Het is namelijk normaal dat statistieken per dag, week en maand verschillen.

Je kunt niet een zondag vergelijken met een maandag. En je zou januari niet moeten vergelijken met juli.

Wat zegt de bovenstaande grafiek ons? Niet zo veel. Het zijn twee normale weken, plus een extra maandag. De stijgingen en dalingen zijn normaal. Bij de meeste websites is het doordeweeks drukker dan in het weekend. En bij sommige websites het tegenovergesteld.

En deze grafiek?

Deze zegt ook niet heel veel. Het zijn de maandstatistieken van twee jaar, plus een extra januari. Het is in januari vaak druk en dit neemt af tot het einde van de zomer(vakantie). Daarna stijgt het weer tot december, de ‘feestmaand’.

Hoe moet je dan grafieken interpeteren?

Je moet soortgelijke periodes met elkaar vergelijken. Februari dit jaar met februari vorig jaar, bijvoorbeeld. Dan kun je zien wat er anders.

Je kunt een datum selecteren door rechtsboven op de datum te klikken. Je kunt dan een vaste periode kiezen, bijvoorbeeld de laatste 7 of 30 dagen, maar je kunt ook zelf een periode selecteren.

Daarna kun je Vergelijken met aanvinken en die zetten op Vorig jaar of Vorige periode. En ook hier kun je handmatig een periode selecteren.

Een duidelijke (onderzoeks)vraag

Wat wil ik precies weten?

Wat is de reden dat je Google Analytics bezoekt? Wat wil je leren?

Zonder vraag is het makkelijk om te verdwalen in de statistieken zonder iets te leren.

Soorten vragen die je kunt stellen:

  • Wat voor soort blogs presteren het beste?
  • Van welke websites krijg ik de meeste bezoekers?
  • Heeft het aanpassen van X en Y zin? Presteren die pagina’s beter na de aanpassing?

En op basis van zulke antwoorden kun je actie ondernemen.

Waar komen bezoekers vandaan?

Als je in het menu aan de linkerkant op Acquisitie klikt, dan zie je een paar opties.

Via Alle verkeer -> Verwijzingen kun je zien via welke websites bezoekers op jouw website komen. Wanneer je op een website klikt, dan zie je ook welke specifieke pagina’s van die website jou bezoekers sturen.

Als je adverteert op Google en jouw Google Adwords account hebt gekoppeld met Google Analytics, dan kun je onder het kopje Google Ads de prestaties van jouw advertenties bekijken.

Als je de Google Search console van jouw website koppelt met jouw Google Analytics account, dan kun je bij Search Console zien op welke zoekwoorden jij rankt en hoe hoog jij rankt. Maar voor die statistieken kun je ook gewoon naar de Search Console gaan.

En bij Sociaal kun je zien hoeveel bezoekers jij krijgt via de diverse social media kanalen.

Statistieken van jouw pagina’s

De paginastatistieken kun je vinden via Gedrag -> Site-content -> Alle pagina’s.

Je ziet dan een grafiek en een tabel.

In de tabel kun je de statistieken van jouw pagina’s vinden. Om iets met de statistieken te kunnen doen, moet je de datapunten begrijpen.

  • Paginaweergaves: Dit is het aantal keer dat de pagina is bekeken.
  • Unieke paginaweergaves: Hoeveel mensen de pagina’s hebben bekijken.

De paginaweergaves zijn altijd hoger of gelijk aan de unieke paginaweergaves, omdat sommige mensen een pagina meerdere keren bekijken.

Gemiddelde tijd op een pagina

Let op. Dit is geen exacte statistiek. De tijd wordt pas opgeslagen wanneer men op een linkje klikt – en zo de pagina verlaat. Dit betekent dat er geen tijd wordt gemeten wanneer men de website op die pagina verlaat (door op het kruisje in de browser te klikken).

Instappunten

Dit is het aantal keer dat dit de eerste pagina was die bezoekers bezochten. Dit betekent vaak het aantal bezoekers vanuit de zoekmachine en soms de bezoekers via social media, andere websites of de nieuwsbrief.

Bouncepercentage

Dit is het percentage van bezoekers die alleen deze pagina bezochten en daarna de website verlieten.

Exitpercentage

Dat is het percentage bezoekers die meerdere pagina’s hebben bekeken, maar de website verlieten bij deze pagina.

Hoe gebruik je paginastatistieken?

Het is belangrijk om te weten dat de statistieken niet alles zeggen.

Over het algemeen geldt: hoe langer men op een pagina is, hoe meer mensen waarde vinden op de pagina.

Maar dat is niet altijd zo.

Stel, je hebt een pagina waarin je een term uitlegt. Een niet zo lastige term. Je hebt maar drie alinea’s nodig. Dan kan de ’time-on-page’ erg laag zijn, omdat men niet zo lang nodig heeft om de tekst te lezen en/of na het lezen van de definitie hebben ze hun ‘doel’ bereikt en verlaten de pagina, waardoor er geen ’time-on-page’ gemeten wordt.

Een goede pagina kan dus een lage ‘Gemiddelde tijd op een pagina’ hebben.

Maar als je een paar grote artikelen naast elkaar legt, dan zou je kunnen kijken naar de gemiddelde tijd op een pagina, het bouncepercentage en het uitstappercentage om te kijken welke pagina’s je zou kunnen verbeteren.

Laten we een voorbeeld erbij pakken

Hier acht pagina’s met de statistieken over de gemiddelde tijd op een pagina, het aantal instappunten, het bouncepercentage en het uitstappercentage

Google Analytics statistieken gebruiken

De eerste pagina heeft een enorm hoge bounce- en uitstappercentage. 96.17% en 95,75%. Maar de gemiddelde tijd op de website is hoog, 5 minuten en 46 seconden.

Dit betekent waarschijnlijk (en hopelijk): de bezoeker komt op de pagina, leest alles, heeft gevonden wat hij of zij zoekt en verlaat daarna de website. Dus de pagina helpt de bezoeker, maar de bezoeker blijft niet plakken. Zonde. Ik zou dus meer kunnen linken op de pagina naar gerelateerde pagina’s op mijn website.

De tweede pagina is het tegenovergestelde. Een relatief lage gemiddelde tijd op een pagina, maar ook een laag bounce- en uitstappercentage.

Ook dit kan een goede pagina zijn. Als ik de pagina bezoek, dan zie ik dat het ‘navigeren’ het hoofddoel is van de pagina. Er is relatief weinig tekst, maar er zijn een paar duidelijke linkjes naar specifiekere artikelen. Aan de statistieken zie ik dat men klikt en dus waarschijnlijk de lezer verder helpt.

En toch zou ik kunnen kijken of ik de pagina kan uitbreiden, zonder het navigeren lastiger te maken.

Oordelen en verbeteren

Je zou dus moeten kijken naar het doel van de pagina, de lengte van de pagina (aantal woorden), de gemiddelde tijd op de pagina en het bounce- en uitstappercentage.

Waar klopt iets niet? Heb je een lang informerend artikel, maar een lage tijd op de pagina? Dan zou je waarschijnlijk het artikel moeten verbeteren.

Heb je een navigerende pagina, maar klikt men niet? Dan moet je kijken of je de juiste behoefte vervult. Verwacht men een informerend artikel? Link je wel naar de juiste pagina’s?

Upgrade jouw marketingkennis en skills met de 6-in-1 cursus online marketing

Heb je iets aan dit artikel gehad?